Hoe kun je goed voetbaltrainen als je geen duels aan mag gaan? In een ander artikel gaven we je al 7 tips om te sporten met 1,5 meter afstand, maar er is nog zoveel meer. Dit zijn een aantal oefeningen die je kunt doen om een betere voetballer te worden. Ook als je een andere (team)sport beoefent kunnen deze 6 oefeningen goed voor je zijn.
Een van de meest belangrijke oefeningen, waar je echt iets aan gaat hebben is het verbeteren van je explosiviteit. Je hebt hier verschillende oefeningen voor. Start allereerst met het maken van tweetallen en begin met een sprint oefening. Een derde persoon telt af, en jullie sprinten tot een vooraf gesproken punt. Dit kun je meerdere keren doen om je intervaltrainen af te maken, maar je kunt het ook afwisselen met bijvoorbeeld hindernissen. Plaats bijvoorbeeld obstakels waarover moet worden gesprongen, of oefen met de bal en gebruik hindernissen om te slalommen. Maar begin in ieder geval met de sprint, want hiermee train je je explosiviteit het beste.
Met hetzelfde tweetal kun je meer oefeningen doen. Ga bijvoorbeeld trainen op balcontrole. Ga op zo’n 3 meter van elkaar afstaan en gebruik een bal. De ene speler gooit de bal en de andere speler moet deze bal terugkoppen of via de borst controleren om terug te spelen. De catch? Tussen iedere bal moet de speler die kopt een burpie doen. Doe dit zo’n 10 keer en wissel dan om.
De combinatie oefening blijft essentieel. Je kent ze vast wel. De een-twee om vervolgens op doel te schieten, maar je kunt dit ook doen met de dribbel. Combineer bijvoorbeeld met controle oefeningen en passeerbewegingen. Plaats pionnen tussen de goal en beeld in dat zij tegenstanders zijn. Door middel van meer visualisatie van tegenstanders kun je de een-twee realistischer maken.
Je kunt deze oefening overigens ook heel goed zelf in je eentje uitvoeren door je medespeler te vervangen met bijvoorbeeld een muurtje. Met een beetje fantasie kun je heel ver komen!
Ook om slidings te oefenen heb je weinig tegenstanders nodig. Schiet zelf (of laat een medespeler) een bal diep en ren hierachteraan om deze met een sliding danwel te onderscheppen danwel uit te spelen. Als er voldoende kracht en tempo achter de bal zit is dit realistischer dan je denkt.
Ook een specialisatie als positionering is erg makkelijk te trainen. Dit kan door de tafelvoetbaltraining die we eerder adviseerden, maar ook het inschuiven kun je goed trainen. Je kunt bijvoorbeeld een oefening verzinnen waarbij de verdedigers inschuiven en diep gaan of waarbij middenvelders richting de box gaan.
Afstandschoten zijn natuurlijk makkelijk. Maar je hoeft niet per se standvastig op de rand van de box te staan, maar je kunt deze natuurlijk ook in beweging doen. Train je buitenspelers bijvoorbeeld op de typische Robben goals door in te draaien en op doel te schieten of train op afvallende vallen voor je verdedigers door de keeper de bal eerst uit te laten schieten (niet te hard voor het gemak).
Wij hopen dat je iets aan deze 6 tips hebt. Met een beetje fantasie zorg je ervoor dat je helemaal ready bent wanneer het nodig is!